INVALSHOEK 3: KUNSTENAAR EN OPDRACHTGEVER,
POLITIEKE EN ECONOMISCHE MACHT
SUBDOMEIN 1: CULTUUR VAN DE KERK
Invalshoek 3 - Kunstenaar & opdrachtgever;
politieke en economische macht:
Opleiding: leren in werk-/bouwplaatsen, klooster-/kathedraalscholen
(muziek)
Probleemstelling:
Op welke manier leerde men: a) een ambacht; b)
zingen; c) lezen en schrijven - in de Middeleeuwen ?
Onderzoeksvragen:
3.1: Welke mensen werkten mee aan een Kloosterkerk
/ Kathedraal en hoe werd men daar opgeleid ?
3.2: Waar en hoe werd muziek onderwezen in de
Middeleeuwen ?
3.3: Welke rol ten aanzien van het leren hadden
kathedralen en kloosters ? ( Beschrijf ook de ontwikkeling daarvan)
Trefwoorden:
bouwproces; constructies; bouwloods; scriptoria;
modelboeken; kloosterscholen: Cluny;
Kunst als ambacht: meester-gezel relatie; beginnende gilde-organisatie;
Probleemstelling:
Welke functies had de gilde-organisatie in de
Middeleeuwse maatschappij?
Onderzoeksvragen:
3.4: Kunst werd in de Middeleeuwen gezien als
ambacht. Maak duidelijk wat het verschil is tussen de hedendaagse opvatting
over kunst en de Middeleeuwse opvatting.
3.5: Kunstenaars/ambachtslieden in de Middeleeuwen
verenigden zich in gilden. Wat waren deze gilden en welke functie vervulden ze
?
Trefwoorden:
gilden; ambachten; leerling / gezel <>
meester
Ontstaan en Ontwikkeling van de muzieknotatie
Probleemstelling:
Hoe ging men over tot notatie van muziek -
beschrijf de ontwikkeling daarin?
Onderzoeksvragen:
3.6: Hoe werd in de Middeleeuwen muziek op schrift
gezet - welke personen vervulden hierbij een belangrijke rol ?
3.7: Welke ontwikkeling is er te zien in de
muzieknotatie ?
Trefwoorden:
syllabisch; neumatisch; melismatisch; notenbalken /
toonhoogte; graduale - getijdenboeken/koorboeken; Guido van Arezzo
Opdrachtgevers: kerk, adel, gilden
Probleemstelling:
Wie waren in de Middeleeuwen de belangrijkste
opdrachtgevers voor de kunsten ?
Onderzoeksvragen:
3.8: Maak duidelijk welke invloed de opdrachtgever
had op het ontstaan van het kunstwerk.
3.9: Waarom gaven deze opdrachtgevers opdrachten ?
Trefwoorden:
kloosterorden; bedelmonniken; mecenaat; kooplieden
Organisatie samenleving: feodaal systeem, opkomst stad
Probleemstelling:
Hoe leefde men in de Middeleeuwen: a) op het
platteland / in de kloosters ; b) in de stad / in de kloosters; c) al reizend
Trefwoorden:
pelgrimstochten; routes; feodalisme; platteland
<> stad
Verzamelingen: kerkschatten, o.a. relieken, boek, (muzieknotatie)
Probleemstelling:
Welke rol hadden: het klooster / de kerk / de
universiteit / het gilde voor de ontwikkeling van kunst en cultuur ?
Onderzoeksvragen:
3.10: Leg uit en maak zichtbaar waarom de
belangrijkste kunstschatten goed bewaard bleven in kerk of klooster.
3.11: Welke rol had de kerk ten aanzien van het
behoud van Kunst en Cultuur ?
Trefwoorden:
kloosterorden: Cluny / Citeaux; relikwie;
reliekhouders; scriptoria; miniaturen; kerkschatten.
Bronnenteksten:
© M.T. van de Kamp i.s.m. M. Janssens - 2000
SUBDOMEIN 2: HOFCULTUUR
Invalshoek 3- Kunstenaar en opdrachtgever,
politieke en economische macht
Ontworsteling aan 'ambacht'; naar 'artes liberales', ook theoretische
kennis. Naast 'vrije ondernemer' toch grootste status als 'hofkunstenaar':
Probleemstellingen:
Waarom wilde de kunstenaar zich aan 'ambacht'
ontworstelen ?
Waarom zou een kunstenaar graag in dienst willen
werken van een vorst / hof ?
Onderzoeksvragen:
3.1: Beschrijf waarin de artes mechanicae en de
artes liberales van elkaar verschillen. (welke kunsten vallen onder de artes
mechanicae en de artes liberales ?)
3.2: Noem twee hofkunstenaars, en beschrijf op
welke manier hun status als hofkunstenaar belangrijk is geweest voor de
ontwikkeling van hun kunstenaarschap.
Trefwoorden:
ambacht of vrije kunst ? - artes mechanicae - artes
liberales; Giorgio Vasari - De levens, deel 1 & 2
Opleiding: onder Lodewijk XIV zeer gecentraliseerd in 'academies':
Probleemstellingen:
Waarom werden er onder Lodewijk XIV academies
opgericht ?
Onderzoeksvragen:
3.3: Welke rol vervulden deze academies ?
3.4: Welke invloed hadden deze academies op de
ontwikkelingen in de kunsten ?
Trefwoorden:
Academische regels; academische kunst; de academie
Opdrachtgevers: naast het hof ook kerkvorsten, patronage:
Probleemstelling:
Welke verschillende opdrachtgevers (voor de
kunsten) waren er zoal in de 16e en 17e eeuw ?
Onderzoeksvragen:
3.5: Waarin verschilde hun rol / bijdrage aan de
ontwikkeling van de kunsten ?
3.6: Waarin & waarom verschilden de opdrachten
van deze ( verschillende) opdrachtgevers ?
Trefwoorden:
Peter Burke - de Italiaanse Renaissance;
Organisatie samenleving: streven van vorsten naar sterkere, centrale
macht, ook economisch:
Probleemstelling:
Waarom gingen vorsten over tot het opeisen van meer
centrale macht ?
Onderzoeksvragen:
3.7: Beschrijf waarom / hoe onder Lodewijk XIV, de
macht steeds meer centraal werd ( ook economisch) - en leg uit wie daarin de
sleutelfiguren waren.
Trefwoorden:
Lodewijk XIV ; Versailles;
absolutisme; Colbert; mercantilisme;
Verzamelingen: vorsten verzamelen oudheden en eigentijdse kunst, status
van de vorst:
Probleemstelling:
Waarom gingen vorsten over tot het aanleggen van
verzamelingen ?
Onderzoeksvragen:
3.8: Wat verzamelden de kerkvorsten / het hof zoal
?
3.9: Hoe ging men te werk bij het aanleggen van
verzamelingen ?
3.10: Hoe toonde men deze verzamelingen ?
Trefwoorden:
Peter Burke - beeld van een koning
Bronnenteksten:
De Italiaanse Renaissance - Peter Burke
De Italiaanse Renaissance - uitgeverij Librero
Beeld van een koning - Peter Burke
De verbeelding - themakatern examen kg/kb - vwo
1988 : Leonardo, aanbevelingsbrief ; P.P Rubens
Tegendraads - themakatern examen kg/kb - vwo 1992 : Giulio Romano, Benvenuto Cellini
Versailles - Uitgeverij
Köhnemann
Barok - Uitgeverij
Köhnemann
SUBDOMEIN
3: CULTUUR VAN DE BURGERIJ
Invalshoek 3: Kunstenaar
en opdrachtgever: politieke en economische macht.
Opleiding: ateliers; reizen naar
Rome ; niet centralistisch; steden/ regio's
Onderscheid tussen 'ambachtsman' en
'geleerde kunstenaar'. 'Studie oudheid'
Probleemstelling:
Op welke manieren werden beeldend kunstenaars opgeleid ?
Onderzoeksvragen:
3.1: Waarom en op welke wijze werden
kunstenaars beïnvloed door de klassieke cultuur ?
3.2: Waarom ondernam men reizen naar Rome ? wat bestudeerde
men daar ? leg uit waarom men dat bestudeerde.
3.3: Geef aan welke
verschillende manieren van opleiden er bestonden in verschillende steden/regio’s
Trefwoorden:
Rome; Vrije kunsten – ambacht; Academies;
ateliers; gilden
Bronnen:
Bronnenbundel: thema van Beroep
Kunstenaar (in mediatheek en Bronnenbundels) Om deze bronnenbundels te vinden, zie de aanwijzingen
op http://www.kunstcontext.com/ckv/leerbron.htm
Opdrachtgevers: vrije markt,
gedeeltelijk bescherm door de overheid, corporatieve opdrachten (
stadsbesturen, regenten, collegium musicum, etc.) ; de rol van
uitgevers/drukkers ; individuele opdrachtgevers.
Probleemstelling:
Welke invloed hadden de
opdrachtgevers op de kunsten ?
Onderzoeksvragen:
3.4: Waardoor was er in de
burgerlijke cultuur van Nederland in de 17e eeuw sprake van
grote verscheidenheid in
de kunsten ?
3.5: Op welke manier functioneerde de kunstmarkt in de
burgerlijke cultuur van
Nederland in de 17e eeuw ?
3.6: Welke rol speelden de rederijkerskamers voor de kunsten
?
3.7: Geef aan de hand van een voorbeeld uit de beeldende
kunst en de muziek aan, op welke manier er sprake is geweest van een bepaalde
invloed van de opdrachtgever ( corporatieve of individuele opdrachtgever)
Trefwoorden:
stadsbesturen;
regenten; collegium musicum; de burgerij als opdrachtgevers van kunst (zowel
corporatief als individueel)
Bronnen:
Bronnenbundels, kijk bij kunstenaar
en opdrachtgever: Om deze
bronnenbundels te vinden, zie de aanwijzingen op http://www.kunstcontext.com/ckv/leerbron.htm
Alpers, S. De
Firma Rembrandt.
Boogert, B. v.d.. Rembrandts
schatkamer
Burke, Peter. Venetië en
Amsterdam
Rietbergen, P.J.A.N. , G.H.J.
Seegers. De geschiedenis van Nederland in vogelvlucht – van prehistorie tot
heden
Roegholt, R. De geschiedenis
van Amsterdam in vogelvlucht.
Schama, Simon. Kunstzaken
Organisatie samenleving: de
Republiek zoekt zijn plaats tussen grootmachten
(17de eeuw)
Probleemstelling:
Waardoor kon de Republiek zich een
plaats verwerven tussen de grootmachten ?
Onderzoeksvragen:
3.8: Door welke economische en militaire factoren was er
sprake van internationaal aanzien / internationale macht van de Republiek ?
3.9: Op welke manieren vormde de Romeinse republiek een
voorbeeld voor Amsterdam ?
Trefwoorden:
geschiedenis van de Republiek –
politieke , economische en militaire invloeden
Bronnen:
Deurzen, A.Th. De last van veel
geluk. De geschiedenis van Nederland. 1555-1702
Nijs, Th. de, E.Beukers. red. Geschiedenis
van Holland, deel 2. 1572-1795
Rietbergen, P.J.A.N. , G.H.J.
Seegers. De geschiedenis van Nederland in vogelvlucht – van prehistorie tot
heden
Roegholt, R. De geschiedenis
van Amsterdam in vogelvlucht.
Prak, Maarten. Gouden Eeuw.Het
raadsel van de republiek.
Amsterdam 'centrum wereldhandel'
Probleemstelling:
Waarom werd Amsterdam het centrum
van de wereldhandel ?
Onderzoeksvragen:
3.10: Beschrijf in het kort de achtergrondgeschiedenis
waardoor Amsterdam het nieuwe centrum van de wereldhandel werd en welke
gevolgen dit had voor de kunsten.
3.11:( T.a.v. het Stadhuis op de Dam : ) Geef aan hoe het
politieke programma van het stadsbestuur van Amsterdam wordt uitgedrukt in de
vormgeving en decoratie van het stadhuis van
Amsterdam.
Trefwoorden:
Wereldhandel; Stadhuis op de Dam;
Bronnen:
Huizinga, J. Nederland’s
beschaving in de zeventiende eeuw: een schets
Nijs, T., E. Beukers. Geschiedenis van Holland, deel II – 1572 -
1795.
Rietbergen, P.J.A.N. , G.H.J.
Seegers. De geschiedenis van Nederland in vogelvlucht – van prehistorie tot
heden
Verzamelingen: encyclopedische
verzamelingen en rariteitenkabinetten
Probleemstelling:
Welke verzamelingen legde men aan
in de 17de eeuw ? Waarom deed men dat ?
Onderzoeksvragen:
3.12: Waaruit bestonden rariteitenkabinetten ? ( Wat waren de
zgn. 'rariteiten')
3.13: Welke functie
hadden rariteiten kabinetten ?
3.14: Waarom legde men
encyclopedische verzamelingen aan ?
Trefwoorden:
verzamelingen in de 17de
eeuw; rariteitenkabinetten
Bronnen:
Museum Rembrandthuis: http://www.rembrandthuis.nl/cms_pages/index_main.html
klikken op info en dan op virtuele toer
Bergvelt. E., R. Kistemaker, red.. De wereld binnen handbereik, Nederlandse kunst- en
rariteitenverzamelingen, 1585-1735
Boogert, B. v.d.. Rembrandts
schatkamer
Bronnenteksten:
-
Alpers,
Svetlana.De firma Rembrandt
-
Bergvelt.
E., R. Kistemaker, red.. De wereld binnen
handbereik, Nederlandse kunst- en rariteitenverzamelingen, 1585-1735
-
Boogert, B. v.d.. Rembrandts schatkamer
-
Burke, Peter. Venetië en Amsterdam
-
Deurzen, A.Th. De last van veel geluk. De
geschiedenis van Nederland. 1555-1702
-
Erenstein, R.L. Een theatergeschiedenis der
Nederlanden
-
Huizinga, J. Nederland’s beschaving in de zeventiende eeuw: een schets
-
Kraaij, Harry, J.Het koninklijk paleis te
Amsterdam
-
Nijs, Th. de, E.Beukers. red. Geschiedenis van
Holland, deel 2. 1572-1795
-
Oostrom, F. van,.red. Entoen.nu – de Canon van
Nederland. www.entoen.nu
-
Prak, Maarten. Gouden Eeuw.Het raadsel van de
republiek.
-
Rietbergen, P.J.A.N. , G.H.J. Seegers. De
geschiedenis van Nederland in vogelvlucht – van prehistorie tot heden
-
Roegholt, R. De geschiedenis van Amsterdam in
vogelvlucht.
-
Schama, Simon. Kunstzaken
-
Schama,
Simon. The Power of Art, deel 3. Rembrandt
-
Schama, Simon. Overvloed en onbehagen, de
Nederlandse cultuur in de Gouden Eeuw
-
Stevens, Harm. De VOC in bedrijf, 1602-1799
-
Teitler,
H.C.. De opstand der ‘Batavieren’
-
Verwey, Gerlof. De geschiedenis van Nederland –
levensverhaal van zijn bevolking – deel 3: Culturele explosie –
-
Westermann, Mariët. De schilderkunst van de
Republiek, 1585- 1718
-
Denkbeelden – themabundel kunstgeschiedenis 1993 – examenbundel /
bronnenbundel over het Stadhuis op de Dam
-
cd-rom van Rembrandt
-
cd-rom: Topstukken en Glorie van de Gouden Eeuw van het Rijksmuseum of de
website: www.rijksmuseum.nl
Invalshoek 3 -
Kunstenaar en opdrachtgever:politieke en economische macht
3a: Opleiding: toneel-,dans-, kunstacademies en conservatoria;
Onderzoeksvragen:
3.1: Leg uit op welke manier kunstenaars opgeleid werden in
de kunsten ?
Probleemstelling:
3a:
Waarom hadden academies een grote rol in de ontwikkeling van de kunsten ?
Trefwoorden:
toneel-, dans-, kunstacademies en conservatoria.
Bronnen:
rom/real.: blz. 27; kunsthistorisch overzicht deel 2: blz. 70
; Van Hofballet tot Postmoderne dans; Westerse theatergeschiedenis; Encarta. +
diverse andere bronnen.
3b: Kunstenaars gaan ook zelf op zoek naar leermeesters (historische
voorbeelden of ‘de natuur zelf’)
Onderzoeksvragen:
3.2: Op welke ‘nieuwe’
manieren leren kunstenaars over kunst ?
3.3: Wat waren de
inspiratiebronnen van: Delacroix; Debussy; Monet; Gauguin en Van Gogh ?
Probleemstelling:
3b: Op
welke manieren gaan kunstenaars ook zelf op zoek naar leermeesters ?
Trefwoorden:
De Natuur; andere culturen; de geschiedenis
Bronnen:
rom/real: blz. 9; blz. 12/13; blz. 14; blz. 15; blz.
16/17; + diverse andere bronnen.
3c: Opdrachtgevers: de markt –verschillende belangen
en motieven en de staat koopt kunst.
Onderzoeksvragen:
3.4: Op welke manieren
werd kunst gekocht / verkocht ?
3.5: Welke rol speelden:
de staat; de Salons; de Galerieën in de verkoop van kunstwerken ?
3.6: Geef een voorbeeld
van de motieven van een staatsverzameling; en van een prive verzameling.
Probleemstelling:
3c: Welke motieven
hadden: de staat; de privé-verzamelaars om kunst te kopen/verzamelen ?
Trefwoorden:
De Salon; De Salon des
Réfusées; Het Museum (Rijksmuseum/ British museum/ het Louvre); de
privé-verzamelaars.
Bronnen:
Kunsthistorisch overzicht
deel 2: blz 12; blz 19; blz. 49/50 ; Internet: www.rijksmuseum.nl
; het louvre; het british museum ; rom/real: blz 8. + diverse andere bronnen.
3d: Organisatie
samenleving; nationaal bewustzijn: naties, staat – burgers – streven naar vrije
wereldhandel; concurrentie
Onderzoeksvragen:
3.7: Op welke manier was de
samenleving georganiseerd in West-Europa in de periode van de Romantiek ?
3.8: Welke rol speelde het
nationalisme in de kunsten (muziek, architectuur; beeldende kunsten; dans;
drama) van deze periode ?
Probleemstelling:
3d.1: Op welke
manieren werd handel gedreven in deze periode van ca. 1850 – 1900 ?
3d.2: Hoe zag de kunsthandel eruit in deze periode
van de Romantiek ?
Trefwoorden:
Nationalisme; nationale collecties;
kolonialisme; revoluties; vrije wereldhandel; wereldtentoonstellingen
Bronnen:
kunsthistorisch overzicht deel 2:
blz. 26 t/m31; blz 49/50; rom./real.:
blz. 34, blz. 38/39; + div. andere bronnen.
3e: Verzamelingen: van
systematiseren van collecties naar soort en naar tijd/plaats. Verzamelingen ook
gekoppeld aan het prestige van een staat.
Onderzoeksvragen:
3.9:
Op welke manier werden collecties aangelegd ? Geef hiervan een voorbeeld
t.a.v.: Het Rijksmuseum/ Het Louvre/ Het British Museum.
3.10:
Hoe zagen musea eruit in deze periode (= opbouw / route e.d.) ? Kijk hiervoor
in: teken als taal, bronnenbundel en examenbundel (in lokaal 23 + mediatheek).
Probleemstelling:
3e: Waarom
waren museumcollecties gekoppeld aan het prestige van een staat ?
Trefwoorden:
Rijksmuseum / het Louvre / Het British Museum;
Bronnen:
cd-rom: topstukken van het
Rijksmuseum of de website van het Rijksmuseum: www.rijksmuseum.nl
of de websites van het louvre/ het british museum; teken als taal over
museumbouw; Encarta; cd-rom: de grote musea; diverse andere bronnen.
ã Marie-Thérèse van de Kamp – 2009